B&W van de gemeente Waterland
Postbus 1000
1140 BA Monnickendam
Monnickendam, 18 juli 2008
Betreft
Klacht over inspraakprocedure 'Stedenbouwkundige landschappelijke visie Hemmeland (zuidwestelijk deel)'
Geacht College,
In een brief van 10 juni 2008 heeft de Stichting Behoud Waterland, mede uit naam van Milieufederatie Noord-Holland, Stichting Verantwoord Beheer IJsselmeergebied en Stichting De Kwade Zwaan, kritisch kommentaar geleverd op de door uw College gevolgde inspraakprocedure 'Stedenbouwkundige landschappelijke visie Hemmeland (zuidwestelijk deel)'. Hierbij dienen wij (opnieuw met de volledige steun van bovengenoemde drie organisaties, alsmede van Stichting Hemmeland) op basis van artikel 5 van de gemeentelijke inspraakverordening een formele klacht in over de gevolgde procedure, omdat deze in strijd is met zowel de geest van het door u publiekelijk voorgestane beleid, alsook met de daartoe in de gemeenteraad op 15 december 2005 vastgestelde procedures. In het navolgende lichten wij onze klacht toe.
In Ons Streekblad van 5 juni 2008 verscheen op de gemeentepagina een bericht dat vanaf vrijdag 6 juni de 'Stedenbouwkundige landschappelijke visie Hemmeland (zuidwestelijk deel)' gedurende drie weken ter inzage zou liggen. Tevens werd aangekondigd dat op woensdag 11 juni een inspraakavond over hetzelfde onderwerp gehouden zou worden. Het is wellicht curieus te vermelden dat in Ons Streekblad van 19 juni via de gemeentepagina de bevolking opnieuw werd opgeroepen de inspraakavond van 11 juni te bezoeken.
De gevolgde gang van zaken is in strijd met:
Wij zullen hieronder puntsgewijs onze bezwaren onderbouwen:
(i)
In strijd met de geest van het door uw College publiekelijk voorgestane beleid.
Wij citeren uit het voorwoord van burgemeester Jongmans bij zijn Burgerjaarverslag 2007:
'Bij de afhandeling van klachten/bezwaarschriften, de beleids- en besluitvormingsprocessen en idee-ontwikkeling worden belangenhebbenden nu vaker en eerder betrokken, Hiermee wordt voorkomen dat volledig uitgewerkte plannen worden gepresenteerd of burgers zich niet betrokken voelen. Met elkaar in gesprek gaan en waar mogelijk gebruik maken van de expertise van inwoners of deskundige organisaties draagt bij aan de kwaliteit van een plan en zorgt voor meer draagvlak in de gemeenschap. Dit jaarverslag heeft als thema 'De buitenwereld binnenhalen'. Hiermee wil ik aangeven hoe belangrijk ik het vind om als gemeente meer naar buiten te treden en de contacten met de burger te intensiveren. Voor de komende jaren wil ik deze koers voort blijven zetten'. Einde citaat.
Mooie woorden, maar helaas staat de werkelijkheid volkomen haaks op de geformuleerde uitgangspunten en bedoelingen. Wij constateren slechts dat op 23 oktober 2007 een door u georganiseerde voorlichtingsavond heeft plaatsgevonden over de toen voorliggende plannen met het Hemmeland. Daarna heeft uw College ongeveer een half jaar de tijd genomen om tot een geheel nieuw en in veel opzichten voor milieu en landschap nog veel desastreuzer voorstel te komen. In die periode blijkt er regelmatig overleg te zijn gevoerd met de indiener van bouwplannen voor het Mirror Hotel. Gedurende diezelfde periode van ruim een half jaar heeft het u kennelijk aan de tijd ontbroken of heeft u het niet opportuun geacht om met andere belanghebbenden, zoals de direct omwonenden of de Stichtingen met een belang in deze zaak vergelijkbaar overleg te voeren. Dit maakt de tekst in het voorwoord van het Burgerjaarverslag nogal hol van toon. Gezien de u toegezonden uitermate kritische stukken van omwonenden en belanghebbende organisaties heeft uw aanpak evenmin geleid tot ‘meer draagvlak in de gemeenschap’.
(ii)
In strijd met het werkproces majeure projecten van 12 oktober 2006.
Op 12 oktober 2006 is door de Raad een besluit genomen over de vaststelling van het woningbouwprogramma 2006-2020 (nummer 416B). Daarbij is het Werkproces Majeure Processen, zoals vermeld in bijlage 2, vastgesteld. Wij citeren uit deze bijlage:
'WERKPROCES MAJEURE PROJECTEN van toepassing op alle ontwikkelings-projecten van bijlage 1.
stap 1. opstellen conceptvoorstel voor definitie van het plangebied, programma van eisen met stedenbouwkundige randvoorwaarden en beeldkwaliteitsaspecten
stap 2. communicatie met bevolking door het college, individueel en instanties over het conceptvoorstel
Einde citaat.
Het ligt in de rede dat de majeure bouwplannen op het Hemmeland onder hetzelfde regime vallen. Het daarin vastgestelde protocol is in het onderhavige geval dan ook onverkort van toepassing. In stap 2, aandachtspunt 1, worden een aantal zaken die deel van het protocol uitmaken met name genoemd. Op de 'inspraakavond' komen wij onder punt (iii) terug. Het is glashelder dat aan het volgende punt, het ter inzage leggen van het conceptvoorstel twee weken van tevoren, in het geval Hemmeland niet is voldaan. Voorts verzoeken wij u in het kader van de Wet Openbaarheid Bestuur ons de uitnodigingen die door uw College ter voorbereiding van de inspraakprocedure zijn gericht aan de kernraden onverwijld te doen toekomen. Mochten deze uitnodigingen nooit verzonden zijn, dan vernemen wij dat ook graag.
(iii)
In strijd met de gemeentelijke inspraakverordening van 15 december 2005.
Op de inspraakprocedure 'Stedenbouwkundige landschappelijke visie Hemmeland (zuidwestelijk deel)' is de gemeentelijk inspraakverordening die door de raad is vastgesteld op 15 december 2005 (nummer 242B) van toepassing. Uit het feit dat uw College zelf melding maakt van een inspraakprocedure op de gemeentepagina staat vast dat de onderhavige kwestie onderwerp van inspraak is en dat artikel 2 van de inspraakverordening van toepassing is. In artikel 3 wordt melding gemaakt van het feit dat inspraak wordt verleend aan 'ingezetenen en belanghebbenden'. De Stichtingen die deze klacht indienen, zijn allen statutair belanghebbenden. Omwonenden hebben per definitie ook inspraak.
Ten aanzien van de te volgen inspraakprocedure citeren wij artikel 4, de passage na het derde aandachtstreepje: '- de termijn voor, de wijze van indienen, en de behandeling van inspraak door ingezetenen en belanghebbenden. Indien naar de mening van het college sprake is van lichte gevallen zal voor het indienen van inspraak een termijn van 4 weken gelden, in andere gevallen zal daarvoor een termijn van 6 weken gelden'. Einde citaat. Wij constateren dat in het onderhavige geval door u een inspraakperiode van drie weken is vastgesteld. Dit is in strijd met de gemeentelijke inspraakverordening.
Ten aanzien van de tijdsplanning van de 'inspraakavond' (zoals de avond van 11 juni 2008 in uw aankondiging genoemd wordt) merken wij het volgende op. Naar onze opvatting is het buitengewoon merkwaardig en zelfs respectloos om in redelijkheid te verwachten dat de burgers op woensdag 11 juni een afgewogen oordeel kunnen hebben over een document dat pas op vrijdag 6 juni op het gemeentehuis ter inzage werd gelegd. Sommige burgers hebben nog andere bezigheden te verrichten dan zich per omgaande op een normale werkdag op het gemeentehuis te vervoegen.
Voorts hebben wij behoefte de gang van zaken op de 'inspraakavond' van 11 juni aan de orde te stellen. Kennelijk werd gezien de vooraankondiging op deze avond aan 'ingezetenen en belanghebbenden' de mogelijkheid geboden om in te spreken over het onderhavige onderwerp. Wij maken dan ook ernstig bewaar tegen het feit dat deze avond op een dusdanige primitieve wijze georganiseerd was, dat van een 'inspraakavond' zelfs geen sprake kon zijn. Er was geen enkele poging ondernomen om een competente discussieleider de avond te laten voorzitten, er was geen presentielijst die door de aanwezigen ingevuld diende te worden, en er is aan de aanwezigen geen enkele vorm van verslaglegging toegezegd waarin de 'inspraak' van de aanwezigen op schrift zou worden gesteld. Hoe zou dat laatste overigens ook kunnen, als er geen enkele vorm van aanwezigheidsregistratie was. Het is daarom duidelijk dat deze avond onmogelijk gezien kan worden als onderdeel van een 'inspraakprocedure' zoals bedoeld in artikel 4 van de gemeentelijk inspraakverordening.
Samenvattend, in navolging van artikel 5 van de gemeentelijk inspraakverordening waarin het beklagrecht geregeld wordt, dienen Stichting Behoud Waterland, met volledige steun van Milieufederatie Noord-Holland, Stichting Verantwoord Beheer IJsselmeergebied, Stichting De Kwade Zwaan en Stichting Hemmeland een formele klacht bij u in over de gevoerde inspraakprocedure 'Stedenbouwkundige landschappelijke visie Hemmeland (zuidwestelijk deel)'. De gevolgde procedure is in strijd met het werkproces majeure projecten, alsmede met de gemeentelijke inspraakverordening. Tevens heeft naar onze mening de aangekondigde inspraakavond in formele zin nooit plaatsgevonden, waardoor ingezetenen en belanghebbenden misleid zijn.
Wij menen dat door bovenstaande gang van zaken ingezetenen en belanghebbenden onvoldoende in de gelegenheid zijn gesteld hun zienswijzen naar voren te brengen en daardoor wezenlijk in hun belangen geschaad zijn. Aangezien de gevoerde procedure niet aan diverse te stellen eisen van bestuurlijk fatsoen, bestuurlijke competentie en het geldende gemeentelijk inspraakreglement heeft voldaan, dringen wij met de grootst mogelijke nadruk aan op een nieuwe inspraakprocedure die wel aan alle in redelijkheid te stellen eisen voldoet. Ingezetenen en belanghebbenden hebben hier onverkort recht op. Tenslotte eisen wij dat de planologische procedure (nog) niet wordt voortgezet alvorens op deze klacht is beslist.
Hoogachtend,
namens het bestuur van Stichting Behoud Waterland,
Prof. Dr. C.A. de Lange
Voorzitter
cc
Raad van de gemeente Waterland