Geachte raadsleden,
Met veel belangstelling heb ik op 16 november de voorbereidende raadsvergadering gevolgd voorzover die betrekking had op de 'Notitie Standpunten over de toekomst van Hemmeland'. De inbreng van een enkele partij (met name PvdA, maar ook ABW) verrasten daarbij in positieve zin terwijl een enkele anders partij de indruk wekte de vergadering wat al te letterlijk als voorbereiding te beschouwen (VVD). Wat mij tot het opnieuw aanschrijven van de raadsfracties drijft is echter iets anders, te weten: mijn verbazing over en onbegrip voor de opstelling van vrijwel alle partijen op het punt van de bouw van een hotel op het Hemmeland.
Als politiek ongeschoold maar betrokken en geïnteresseerd burger probeer ik te begrijpen wat de betreffende fracties beweegt om een dergelijk voorstel te omarmen (waarbij het mij uiteraard niet is ontgaan dat er enige verschillen zijn in de randvoorwaarden die partijen stellen).
Er ligt een principebesluit en daarvan willen we niet afwijken, zo heb ik als argument gehoord. Het is het soort argument dat in ons land een aantal door vrijwel iedereen betreurde projecten heeft opgeleverd (Betuwelijn). En bovendien, als het zo uitkomt, hebben partijen zelden moeite om een eerder ingenomen standpunt te wijzigen; 'voortschrijdend inzicht', heet dat dan. Heeft, waar het het Hemmelandhotelplan aangaat, het inzicht geen stap vooruitgezet, ondanks dat de burgers hun mening zo duidelijk hebben laten horen?
Dan is er het argument dat 'we een ondernemende zakenman, waarvan wij er in Monnickendam al te weinig hebben' zijn brood moeten laten verdienen en dus, in dit geval, geen strobreed in de weg moeten leggen en hem in zijn plan moeten steunen. Koste wat kost, kennelijk. Maar heb ik uit de -heldere en consistente- bijdrage van dhr Kijlstra in de vergadering goed begrepen dat de huidige exploitant, de aanvrager van de vergunning, de 'nieuwe Mirror' niet zélf zal gaan exploiteren? Als -àls- dat zo is is dan vervalt genoemd argument. Want dan komt het er op neer dat de Gemeente Waterland een vergunning verleent die vervolgens door verkoop aan een onbekende partij door een particulier in klinkende munt wordt omgezet. Dat lijkt mij toch niet hetzelfde als het stimuleren van de ondernemingszin van een horeca-exploitant. Zou -nogmaals: gesteld dat ik het goed heb begrepen- de Gemeente er dan niet veel beter aan doen de huidige exploitant schadeloos te stellen (indien nodig en voorzover de schade het normale ondernemersrisico te boven gaat) en de regie over het gebied weer zelf in handen te nemen?
Monnickendam, zo luidt een derde argument, heeft dringend behoefte aan uitbreiding van het soort verblijfsaccommodatie waarvoor vergunning is gevraagd. Dat moge zo zijn maar dat betekent toch niet dat die op het Hemmeland gerealiseerd zou moeten worden? Op 16 november werd het Galgeriet als alternatief genoemd. Wellicht is dat een serieuze discussie waard?
Al met al heeft de voorbereidende vergadering bij mij voor wat het hotelplan betreft meer vragen opgeroepen dan beantwoord, terwijl ook mijn eerder via de gemeentelijke website gestelde vragen onbeantwoord zijn gebleven. Er van uitgaand dat ik niet de enige burger en kiezer ben die zich met de aangevoerde argumenten voor een hotel op het Hemmeland het bos in gestuurd/ niet serieus genomen voelt, verzoek ik u uw standpunt te heroverwegen dan wel om duidelijk te maken op welke manier u denkt de belangen van de Waterlandse bevolking te dienen met aantasting van het Hemmeland door de bouw van een hotelaccommodatie die ook elders in de gemeente gerealiseerd kan worden.
Met vriendelijke groet,
Ron van den Berg